“Het is nu al best lang op rood, pap”
“Ja, maar wachten is gezond, kind”
“Maar waar wachten we dan op, pap”
“Op de andere kant, die hebben nu groen”
“Maar we staan midden in de natuur”
“Ook in de natuur zijn er regels, kind”
“Maar dan vliegen we er toch gewoon omheen, om dit kruispunt?”
“Dat zou kunnen, maar als iedereen dat zou doen, dan zou het een dolle boel worden”.
“Ja maar pap, iedereen doet het, behalve jij”
“Iemand moet het goede voorbeeld geven, kind”
“Best, maar waarom moet jij dat altijd zijn?”
“Zo ben ik nu eenmaal, kind”
“En waarom is dit het goede voorbeeld, pap?”
“Dat stoplicht staat er niet voor niets”
“Ja pap, maar dat is maar de vraag. Dat is uiteindelijk maar de vraag”.